- aanhangen
- {{aanhangen}}{{/term}}I 〈overgankelijk werkwoord〉1 [toegedaan zijn] adhere to ⇒ be attached to, support♦voorbeelden:1 de Griekse beginselen aanhangen • be gayeen geloof/partij aanhangen • adhere to a faith, support a partydit standpunt wordt door velen aangehangen • this point of view is held by manyII 〈onovergankelijk werkwoord〉1 [hangende vast blijven zitten] cling (to)♦voorbeelden:1 spinazie koken met het aanhangende water • cook spinach in its own water
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.